Dit waargebeurde verhaal speelde ruim vijfenzestig jaar geleden, op een zwoele zomerzondag avond.
Wij hadden de warme maaltijd al een tijdje achter de kiezen, toen mijn vader mij vroeg om samen nog even een straatje om te gaan. Dat sloeg ik nooit en te nimmer af! Zo’n straatje om eindigde steevast bij de ijs-wagen van Winzo op de Westhavenkade, waar mijn vader zichzelf en mij trakteerde op een overheerlijke wafel met ijs en slagroom.
Zo gezegd, zo gedaan! Op naar de ijscoman!
Het was vanaf ons huis naar de Westhavenkade een klein kwartiertje flink doorstappen en voor zo’n wafel met ijs en slagroom wilde ik de vaart er wel in zetten, hoe zwoel en benauwd het ook was!
Toen wij aan de beurt waren, bestelde mijn vader één wafel van een kwartje en één van veertig cent, beide met slagroom. De ijscoman knikte beleefd. Hij had het begrepen.
Ik kreeg als eerste mijn wafel en begon meteen te likken. “Mummm, verrukkelijk!”
Mijn vader knipoogde naar mij en zei, nadat hij zijn eerste lik ijs had genomen: “Lekker hè?”
Het zou ook meteen de laatste lik aan zijn ijsje zijn en rende richting waterkant van de Oude Haven, waar ik nog net een paar graaiende kinderhandjes onderwater zag verdwijnen.
Terwijl andere omstanders twijfelden, bedacht mijn vader zich geen moment. Zonder nog een lik te nemen, sprong hij de Oude Haven in, opzoek naar de inmiddels onderwater verdwenen drenkeling.
Ik stond doodsangsten uit, daar ik niet wist of mijn vader wel of niet kon zwemmen en schreeuwde luid, “Mijn vader verzuipt, mijn vader verzuipt!” Er was geen mens die een vin verroerde! Iedereen likte tevreden aan hun ijsjes, terwijl mijn vader op zoek was naar die onzichtbare en hopelijk nog steeds graaiende kinderhandjes.
Het was laag water in de Oude Haven en mijn vader was al een paar maal ondergedoken, terwijl ik alsmaar om hulp schreeuwde, maar niemand begreep mij. Winzo ijs is ook zó lekker!
Mijn vader kwam na zijn vierde duik, snuivend als een zeehond boven met in zijn stevige knuisten het levenloze lichaampje, naar later zou blijken, van een klein ventje.
Inmiddels waren er genoeg omstanders, waarschijnlijk was hun ijsje op en hadden zij nu wel even tijd om een helpend handje uit te steken. Het kereltje en mijn vader overleefden het avontuur, terwijl ik apetrots was op mijn vader.
Mijn vader maakte thuis de balans op van zijn zo onverwachte tewaterlating. Zijn zondagse pak en zijn gesteven boord moesten naar de stomerij. Hij was tevens in de ontstane consternatie, zijn lederen portemonnee met daarin zo’n kleine vijfenzeventig gulden kwijtgeraakt en zijn horloge leek meer op een aquarium zonder vissen, maar wel met wijzers die exact de tijd van het te water gaan aangaven. Ook weg zijn, na één lik, te water geraakte ijsje van veertig cent!
Na gedane informatie bij oom agent voor het juiste adres van de geredde drenkeling, spoedde mijn vader zich naar de ouders van deze knaap en belde daar aangekomen voorzichtig aan.
Hij vertelde aan de ouders het hele verhaal van zijn dappere redding en de daaraan verbonden consequenties betreffende de opgelopen schade.
“Geen probleem! Komt allemaal in orde!” lachte de man, “Wij zijn prima verzekerd! U geeft alles maar op! En als extraatje bakt mijn vrouw een schaal vol met overheerlijke Vlaardingse ijzerkoekjes, nietwaar Nel,” beloofde hij met een breed gebaar.
Het is inmiddels ruim 65-jaar geleden. Van de verzekering hebben wij nooit meer iets vernomen en die overheerlijke Vlaardingse ijzerkoekjes moeten tot op heden nog steeds worden gebakken!!!
Ingrijpend en ook allerdaags, goed geschreven
Goed gedaan van je vader.
goed geschreven, je kon het verhaal goed inbeelden, misschien iets meer details.
Hallo Oldwriter,
Dat had mogelijk geweest, maar dan was het een boek geworden, hahaha!
Mooi geschreven heel ontroerend.