zijn hengsellied
op de rand van
het zomerse licht
stond het haveloze
huisje te wankelen
geleund tegen de
schaduwkant van
het donkere bos
we keken
elkaar aan
ik wist dat we
zouden gaan
op onderzoek
uit zomaar gewoon
pure nieuwsgierigheid
natuurlijk kraakte
de deur kreunend
zijn hengsellied
vertelde de trap
bijna ademloos
zijn leuningsloze
levensverhalen
waren vloeren
onbetrouwbaar
verrot door
het druipend
vocht van het
al jarenlang
kapotte dak
toch ademde
het huis een
prettig verblijf
had de goede
aura kleuren
en vooral een
gezonde levenstint
gefundeerd
op sterke rots
de trots van
moeder aarde
en de hoeder
al zo lang van
het eigen lot
wil melker
26/01/2025
Melden