Ralf deed de portiek-
deur open,
stapte op mij af,
en vroeg
“is Anton er?”
“ik ben het” zei ik,
“ik ben ziek,..ik ga,
er aan”
Hij zag me en we,
omhelsden elkaar.
“het is niet het einde,
echt niet, echt”
“ik weet het gozer,
ik weet het”
Het was een mooi,
weerzien maar,
snel zal ik weer gaan.
Hopen dat hij me,
hierna gelijk,
herkent.