Grimmig was mijn lach,
Vastbesloten als ik was
Om niet met me te laten
Spotten.
Grimmig bleef ik lachen,
Om de capriolen van de
Ander.
Vastbesloten me niet van
Mijn stuk te laten brengen.
Ja grimmig lachte ik eens,
Om al die doldwaze grillen
Van mensen die mij gewoon
Eens uit mijn tent wouden
Lokken.
De grimlach heeft gewonnen,
Dat weet toch iedereen,
Of lijkt dat maar zo?
Mooi geschreven BR.
Ik had ooit een baantje waar ze mij graag voor de gek hielden. Mijn collega’s vonden dat erg grappig, ik niet zo. Maar ik lachte het altijd maar weg. Het woord grimlach past daar voor mij perfect bij….