Het was in die tijd dat ons gezinnetje de bovenverdieping bewoonde waar de zwarte ronde haard een centrale plaats innam en het bankstel met goudkleurige bekleding domineerde en de radio op een tegen de wand geschoven tafel het chanson “que sera” van Doris Day uitzond.
Raadselachtig waren voor mij de woorden die uitgesproken werden tijdens de “Waterhoogten” als ik me ‘s-morgens samen met mama aankleedde (Wat werd toch bedoeld met de woorden
“Grave beneden de sluis”? Ik bladerde in de geïllustreerde Verkade-albums. Wat was toch
de “Ruine Grubbenvorst”? De platen waarop woeste, oprijzende golven waren afgebeeld joegen mij schrik aan. De groene, houten poort achter ons huis had een slot, maar wat bedoelde mama toch met de uitdrukking “per slot van rekening”? En wat betekende het als mama zei: “Don’t speak about it” tegen vader? Ik had voor mijzelf een makker, een kameraad geschapen en had hem “Sorry Wilder” genoemd en in mijn fantasie werd ik vergezeld door de “Duna’s”
Op de trap die de bovenverdieping van de met roodbruin hout betimmerde zolder scheidde, zag ik stofdeeltjes dansen in het zonlicht…..
Inderdaad voor jou in je jeugd wel een mysterie wat de betekenissen waren van wat er gezegd werd op de radio. Wat mooi Cathy, de Verkade albums die jij had óf nog hebt?
Weer mooi beeldend heb jij dit geschreven. Hartelijk liefs van Corry.*