Het trio Guus, Mien en Pien plukken we even uit elkaar. Vandaag alleen Mien: zij wordt alom geroemd en geprezen. Desnoods in één alinea.
Voortreffelijke lerares Duits, danslerares en sociaal betrokken. Zeer begaan met slachtoffers van allerlei aard. Loopt elk jaar op 4 mei met een rouwgezicht, bloemetje in de hand mee naar een herdenkingsmonument voor gevallen oorlogsslachtoffers. Toegewijde dochter en zichzelf wegcijferende moeder. Wat opvalt is haar krachtig stemgeluid, uitermate geschikt om een samengestroomde menigte toe te spreken en eventueel op te hitsen. Met andere woorden… Zij deugt aan alle kanten. Een lintje met Koningsdag, een gouden horloge bij haar pensionering en je rondt haar biografie keurig af.
Hanteer ik daarentegen de harrem-norm dan blijkt Mien in een buitencategorie te vallen. De korte versie: zij lijkt een kruising tussen Moeder Teresa en een bermbom. Ik zou telefoonboekdikke verhalen over haar kunnen schrijven. Vanwege de beperkte ruimte vandaag alleen het moorddadige aspect. Zelden sprak ik iemand, die met zoveel overtuiging voor de doodstraf is. Mien legt de lat laag. Mocht zij ooit aan de macht komen, dan zouden onze straten er een stuk leger uitzien, want een overtreder kan dan bij de geringste uitglijder voor de bijl gaan. Dat hakt er flink in, desnoods letterlijk …
Waarom zou je daarover uitweiden, harrem? Eigenlijk heeft u gelijk, lezer, want wat zal ik me druk maken. Er bestaat evenwel een valide reden: door haar voortreffelijke PR-kwaliteiten levert Mien een stevig potje geschiedvervalsing. Zo rechtvaardigt ze het om iemand over de kling te jagen. In het hiervoor verschenen verhaal “De Kerstkluns” bleek al hoe je de vermoorde onschuld kunt uithangen nadat je eerst iemand tot aan het randje van de dood hebt geduwd. Gewoon doorademen en doen alsof je nergens van weet. Zij vertoont een soort geheugenzwakte, waarvan – na de Tweede Wereldoorlog – sommige foute Oosterburen ook last hadden. Die hadden “het” nooit gewusst. Zo werden er gemakshalve 5 – 6 miljoen slachtoffers over het hoofd gezien. Moet je het Mien kwalijk nemen dat ze een enkel bijna-sterfgeval even over het hoofd zag?
Aan het slachtoffer in kwestie is niets verloren gegaan. Dat personage Guus deugde van geen kanten. Laten we zijn hufterig gedrag eens inventariseren: volgens Mien verhief hij zijn stem wel eens tegen haar. Het kwam niet in haar op, dat hij noodzakelijkerwijs een paar decibels extra moest inzetten om over haar machtig stemgeluid heen te komen. Het is best grappig zoals Mien er tegenaan keek. Want binnen de kortste keren maakte zij ervan, dat Guus weer eens een woede-uitbarsting had. Inderdaad excelleerde zij in Public Relations.
Zij was Guus al tijdens haar zwangerschap zat. Door zijn dwingelandij. Hij bestond het om haar te bewegen het roken te verminderen in verband met de foetus. Terecht merkte ze op: “Waar in godsnaam bemoeide hij zich mee!” Jawel, zij is een gevoelig typetje. Vernietigend is haar oordeel over Guus’ opvoedkundige kwaliteiten. Hun dochtertje werd door haar vader gekweld en mishandeld. Vooral geestelijk. Als voorbeelden noemde Mien vreselijke toestanden, die al begonnen toen ze nog maar een kleuter was.
Zoals rond 7:00 ‘s morgens al in het zwembad liggen voor zwemles. Dan waren er de martelingen die het arme kind moest doorstaan als vaders met haar naar de orthopedisch chirurg ging vanwege allerlei bekkenvergroeiingen. Dan was er die lijdensweg van fysiotherapie. De kwellingen van steunzolen niet te vergeten. Evenmin die van het regelmatig bezoeken van de kinderarts/longarts in verband met Piens astma en allergische kwalen. Wat dat laatste betreft: Guus smeerde zich de vellen van zijn handen bij het behandelen van Piens eczeemplekken. Wat deed Guus zijn bloedeigen dochter aan door haar bij de oogarts vanwege haar luie oog te laten behandelen. Hij dwong dat arme kind elke dag een ooglapje te dragen. Dat was een samenzwering van de oogarts en Guus. Toppunt van haar mishandelen is wel dat Pien uiteindelijk aan een oog werd geopereerd. Daarna dwong hij haar tot het dragen van een bril, die de oogarts nadrukkelijk had voorgeschreven.
Voor Mien was die oogoperatie een traumatische ervaring. Daarbij slaagde zij erin om alle aandacht weg van Pien en naar zichzelf toe te trekken. Dat kwam doordat Mien – toen Pien na de operatie naar de uitslaapzaal werd gerold – flauw viel bij die aanblik. Tussendoor opgemerkt dat Mien om de haverklap onderuit ging als ze een druppel bloed of een injectienaald in het ziekenhuis in beeld kreeg. Wat een sensatie dat zij vervolgens in het bed naast haar net geopereerde dochter op zaal moest bijkomen. Alsof zij zojuist een onder zware narcose uitgevoerde levensreddende operatie had ondergaan. Allemaal de schuld van Guus.
Aan de litanie van verwijten aan het adres van Guus kwam geen einde: als opgroeiend meisje werd arme Pien door haar vader van hot naar haar gereden. Dan waren het hockeywedstrijden, wekelijkse gitaarlessen en niet te vergeten danslessen. Chronologisch kan het beter worden verteld, maar ik probeer de – zeg maar – eerste tien levensjaren samen te vatten, waarin dat kind werd gesard en getreiterd. Zoals Mien Guus toebeet: “Zij mag ook niets van jou!”. Het kan nog erger:
Ik raffel even af het bezoeken van concerten, museums, dierentuinen en pretparken. Pien was onderhevig aan een lawine van kwellingen door haar sadistische vader. Nog gruwt zij bij de gedachte, dat ze in alle vroegte aan gedragstraining voor honden deelnam. Guus vond dat nodig, omdat haar Jack Russell-terriër haar de baas was. Als je al die uiteenlopende elementen hierboven overleest dan vraag je je wel af hoe dat kind dat zo vaardig kon samenvatten tot één aanklacht.
Het antwoord ligt voor de hand: het was Mien, die veel tijd en moeite uittrok om Pien uit te leggen wat haar vader allemaal fout deed. Gelukkig bood Mien haar arme dochter de troost, die zij nodig had.
Ach, die vertederende moeder- en dochtermomenten als ze samen oefenden op het klachtenlijstje.
Wordt vervolgd