Vervolg van Goeie Koop
Om die vijf afleveringen over één bizarre situatie af te ronden deze apotheose. Startpunt was het bijzondere jaar 2012, waarin mij censuur werd opgelegd.
Bizar is, dat ik inmiddels ruim 11 jaar op afhandeling wacht. Het is grondwettelijk vastgelegd dat een verdachte, dus ook ik, een redelijke tijd dient te wachten. Ik heb de wachttijd nuttig opgevuld met het schrijven van een paar ludieke verhaaltjes. Niet raar opkijken als ze zogenaamd weer bol slaan van smart en laster.
Waar maken mensen zich toch druk over als ik gewoon opschrijf wat ik zie en wat ik hoor. Eerder gebruikte ik de metafoor van “ik zag twee beren enzovoorts”… In dit woke tijdperk moet je er rekening mee houden, dat beren wel, maar broodjes smeren niet mogen worden beschreven. Of omgekeerd.
Wat heeft nou al die heisa veroorzaakt? Bij de aangifte tegen mij is dat niet gespecificeerd, dus dat kan van alles zijn. Die zogenaamd beledigende anekdotes zijn een afspiegeling van de werkelijkheid. Observaties, die ook een leerling-journalist in een lokaal krantje plaatst als hij een tentoonstelling van dwerggeitjes beschrijft. In mijn observaties beschreef ik de kronkelpaden, waarlangs twee zonderlinge dames een kind aanschaften. Alsof ze een jonge Labrador in huis haalden.
Spil in de stroom informatie, die ik verwerkte is Ben, de mysterieuze Ben. Die zat ofwel met zijn neus bovenop rare situaties of hij maakte er deel van uit. Daarom is er de vraag van: wie is Ben? Ben is heel veel, teveel voor een A4’tje. Geleukkig bestaat er zoiets als mijn digitale Rare Portrettengalerij. Daar (site in wording) hangt Ben te hangen. Ben hoort in het rijtje seriezaaddonoren, waarvan in 2023 een zekere Jonathan en Leon het meest aandacht in de pers kregen. In die Rare Portrettengalerij zijn ook nog diverse vruchtbaarheidsartsen tegen de muur geplakt. Die maakten overuren door zelf als zaaddonor op te treden. De naam Jan Karbaat kun je nauwelijks discreet fluisteren, want die arts is cinemascopebreed in tv-programma’s opgevoerd.
De blije ontvangsters van donorzaad Katlien en Ankie vonden het allemaal prima, dat je eigenlijk nooit wat vernam over donor Ben. Die geforceerde stilte werd doorbroken door mijn publicaties. Binnen het Openbaar Ministerie willen functionarissen niet graag geassocieerd worden met marginale figuren als Ben. Neem nu die Rietje Buigsaem van het OM, die een stoere daad wilde stellen met een aanklacht tegen mij. Ik zou en moest zwijgen, maar ze bereikte er alleen maar mee, dat de wereld nu weet, dat die rare Ben haar natuurlijke vader is. Ook leuk voor haar maatje rechercheur Jostie Fleschentamboer.
Jostie leek zich in een telefoongesprek met mij zorgen te maken over zijn nakomelingen. Stel je voor dat ze die teksten van mij zouden lezen. Mijns inziens kunnen ze zich beter zorgen maken over hun verzwegen afkomst: Opa Ben.
Wie weet hoeveel halfzusters, halfbroers, halfooms en halftantes zij via hem hebben? Niet ondenkbaar is dat – nog vele jaren later – ze een prins of prinses op het witte paard tegen komen, die bijvoorbeeld hun eigen volle neef of nicht is. Monstrueuze gevolgen van zulke onvoorziene, onvervalste inteelt zijn bekend. Dat is het directe gevolg van het jarenlang afschermen van Rietje van nuttige informatie over haar afkomst. Rietjes hetze tegen die publicaties is bedoeld om haar bloedeigen vader het zwijgen op te leggen. Zeg maar als dank voor het feit dat hij haar het leven heeft gegeven.
In het kader van een zwijgcultuur past een soort biograaf (ik zei de gek) niet. Daarmee is in een paar regels die bespottelijke actie van Justitie verklaard.
In de Rare Portrettengalerij springt Ben er wat geprononceerder uit, maar in grove trekken moet u zich het volgende voorstellen. In zijn jongere, reproductieve jaren was hij een fletse verschijning. Iemand, waarvan je de volgende dag al niet meer wist dat je hem had gesproken. Zijn welgedane voorkomen straalde passiviteit uit. Hij was daarin consequent, want na tientallen jaren doet diezelfde beschrijving nog steeds opgeld. Misschien is hij een tikje vadsiger.
Je kon hem al op jonge leeftijd vilein noemen. Zeker goed van de tongriem gesneden. Zo maak je geen vrienden, maar daar was Ben ook niet op uit. Links en rechts gevraagd naar een korte indruk kreeg ik steeds als antwoord: nare man, niet gezellig, valt uit de boot, niets aan. Je ziet bij hem een behoudende lijn: als kind voldeed hij al aan diezelfde korte karakteristieken. Hij was dat jongetje, dat bij gymnastiek – wanneer er teams moesten worden gekozen – als laatste over bleef. Later als volwassen man hoefde hij niet bang te zijn, dat hij op de koffie werd gevraagd. Hij had de uitstraling van een futloos, uitgeblust paard. Eerlijk gezegd… als hij een paard was zou hij waarschijnlijk worden afgemaakt.
Wat moet ik nou met zo’n weinig aansprekende figuur? Nou, dat is dus het bijzondere: hij was een ongewoon boeiende verteller. Baron Von Münchhausen kan daar een puntje aan zuigen. Er is een verschil: als je naar zijn verhalen hebt geluisterd blijft er het knagende gevoel over, dat zijn bizarre vertellingen een kern van waarheid bezitten. Dus anders dan bij de baron. Op een enigszins badinerende, speelse wijze gaf hij de meest absurde ware gebeurtenissen weer. Gebaseerd op zijn observaties. Een ander had ze ook kunnen maken, maar in deze wereld sluiten we makkelijk onze ogen of draaien we ons hoofd weg als er geschoffelde acties plaatsvinden.
Ben spuide ze af en toe en ik schreef ze op. Talloze A4’tjes reisden via uitpuilende schoenendozen vervolgens naar het internet. Daar werden ze wantrouwend gelezen door een overspannen Rietje van het OM en een van slag zijnde Jostie van de Amsterdamse politie. Wat niet meer in die dozen paste hangt nu in een digitaal museum. Daarin een Rare Portrettengalerij (in wording). Voor zo lang het duurt, denk ik dan met de ervaring uit 2012 in gedachten.
Info:
Voor meer content: zie mijn account.
In mijn profiel staan verwijzingen naar broekscheurende vertellingen.
Voor wie een sterke maag heeft.