De bus vertrekt morgen,
ik ga weg uit deze stad,
ik laat alle slechte, maar
ook de goede herinneringen
achter. Ik ga op reis, ik ga
een weg inslaan die onomkeerbaar
is. Ik kom niet meer terug uit het
oord, waar ik naar toe ga.
Was er maar nog meer tijd, om sommige
dingen opnieuw te beleven, maar daar is nu
geen tijd meer voor. Ik ga naar het busstation: Heb
mijn tickets al lang van te voren gekocht. Vaarwel, de
stad waar ik toch zoveel herinneringen heb, vaarwel.