Hoofdstuk 4/ De ontmoeting
Het was druk aan de kant van het strand, dus Anna dacht er in een keer aan dat ze bij de pier moest zijn en niet bij het strand, want het strand is veel te druk. Rebecca rende achter Anna aan, maar zei niks, nogal geschokt van wat er net was gebeurd. Ze liepen nu met z’n tweeën naar de rustigste plek van de pier en gingen zitten op het randje van de steiger, wachtend tot ze iets vreemds zagen in het water. Er kwamen een paar vissen voorbij, maar geen zeemeerminnen. Anna zag de zeemeerminnen als eerste aankomen zwemmen en tikte Rebecca op haar schouder. “Kijk, ze zwemmen daar” zei Anna. “Anna, ik zie ze niet, komt dat omdat ik geen zeemeermin ben of zo?” antwoordde Rebecca verbaast. “Vast” zei ze afwezig. De zeemeerminnen kwamen boven en zagen er bovennatuurlijk mooi uit. Zo mooi dat het niet eens echt leek. Anna zei als eerst: “Kunnen jullie je toonbaar maken voor mijn zus?”. Dat deden ze en Rebecca haar mond gleed open. Ze keek naar een meisje die ongeveer even oud was als haar zusje en die sprekend op haar leek. Daarna gleed haar focus naar een ander meisje die haar leeftijd leek en die ook een beetje op Anna leek. Rebecca keerde zich naar Anna toe en zei vervolgens: “Ik geloof wel dat dit je familie is, die meiden lijken sprekend op je”. Anna had het niet eens opgemerkt, want ze had in één keer tig ideeën voor tekeningen. Maar toen Rebecca sprak kwam ze weer in de werkelijkheid. Ze had gelijk, dit zou inderdaad mijn echte familie zijn, dacht ze. Alleen zijn zij zoveel mooier dan mij, dan ik zou kunnen zijn, ging door haar hoofd heen. “Z-zijn jullie mijn biologische familie?” kwam er opeens uit haar mond. “Ja Aurora, dat zijn we, we willen je alles vertellen wat je wilt weten” antwoordde de oudste zeemeermin uit haar dromen. Daarna begon een man te praten, Anna dacht dat dat een zeemeerman was en haar echte vader. “Beste Aurora” begon hij. “Noem me asjeblieft Anna, dat ben ik gewend” zei Anna eerst. De zeemeerman vervolgde: “Beste Anna, dit is je echte familie. Ik ben Anthonius, dat is je moeder Ivy, je tweelingzusje Arabella en je oudere zus Caroline”. “We hebben je ter adoptie afgestaan, omdat jij de kwetsbaarste was van deze familie en de jongste en ter bescherming tegen zeemeerminnen die merkte dat jij een dubbelganger van de zeemeermin koningin bent en ja onze familie is de koninklijke familie”. Ivy vervolgde het verhaal van Anthonius: “Je bent nu 13 en dat is oud genoeg om je bij onze familie te voegen en bekend te maken dat jij de opvolger van de koningin bent. Je denkt waarschijnlijk waarom jij?” “Nou, dat komt omdat dubbelgangers van de koning of koningin hen moeten opvolgen en als ze die niet hebben moet de oudste zoon of dochter dat zijn”. “Dus, ik wordt later koningin als ik het wil?” vroeg Anna ter controle. “Maar ik wil helemaal geen koningin zijn!, ik hoorde nog maar net dat ik een zeemeermin ben, en dan ben ik ook al een opvolger van de koningin?” vervolgde Anna een klein beetje paniekerig. “En waarom ben ik ter adoptie afgestaan als enige en niet Arabella?” vroeg ze ook nog. Anthonius zei: “Één dubbelganger is al bijzonder maar een tweeling als dubbelganger is nog bijzonderder, wij hadden er ook moeite mee om je af te staan, maar het was ter bescherming” “Omdat we jullie wel samen wouden adopteren kon dat niet, want het zou opvallen als twee baby’s in één keer verdwijnen, al helemaal die van de Koninklijke familie. Maar we hebben nu de kans om als familie herenigd te worden”.
Sorry lieve lezers, ik heb geen inspiratie meer voor het verhaal. Ik maak nieuwe verhalen maar dan korter.
“Kunnen jullie je toonbaar maken voor mijn zus?” De eerste reactie als je je familie voor het eerst ziet die zeemeerminnen zijn ????. Bij dit hoofdstuk is mijn tips: details. Niet een opsomming van iets, wat ik heel vaak perrongeluk doe. Wat ik probeer te doen is om bijvoorbeeld iets te zeggen als: Terwijl Ivy sprak merkte ik op dat ze net als mij blond haar had. ofzo iets.
probeer ook meer de omgeving te beschrijven, bijvoorbeeld: Anne rilde van de kou terwijl ze keek naar het rustig golvende zeewater.
*bij mijn voorbeeld moet ik Rebecca zijn en mijn Anne zijn.