
Ze hebben zich verzameld als de Tapinoma’s rond een gevallen stuk fruit.
Ik bezie het van afstand, zittend in het gras, mijn notitieboek op schoot.
Hun gedrag is kenmerkend voor de Homo Touristicus. Bij vermeend gevaar ontstaat collectieve stress. Dat leidt tot kuddegedrag. De rationaliteit wordt uitgeschakeld en spiegelneuronen zorgen voor gelijksoortige reacties. In dit geval: afkeren van het gevaar, waarbij sommige exemplaren bevriezen in een afwerende houding.
Een vrouwtje met kort zwart haar strekt haar armen en spreidt haar vingers. Naast haar buigt een mannetje door zijn knieën en richt beide handen naar de toren.
Een groepje van zes zingt psalm ‘125 vers 1’ onder leiding van een dirigent, die sterke gelijkenis met de Ocypus olens vertoont. “Hij zal noch wank’len, noch bezwijken …”
Ik noteer: Homo Touristicus toont kuddegedrag met irrationele structuren. Voert handelingen uit die suggereren dat de 55,85 meter hoge Torre Pendente in zijn val kan worden tegengehouden.
Geschreeuw: ‘Hij gaat vallen!’
Ik noteer: Signaalgedrag gericht op de soortgenoten.
Het is fascinerend. En tragisch. Ik sluit mijn notitieblok en besluit me nergens mee te bemoeien. In deze kolonie ben ik de vreemde soort.
Tijd om terug te keren naar het hotel. Misschien vang ik nu wel de Scutigera die ik vanmorgen in mijn badkamer aantrof.