Nee, geen schrijffout. Rond deze tijd laat ik elk jaar ongeveer dezelfde riedel los. Typerend voor herdenken is toch dat je (opnieuw) terug blikt. De jaarlijkse aanleiding om iets te hekelen komt er weer aan.
De herdenking van oorlogsslachtoffers op 4 mei door mensen die langs een herdenkingsmonument paraderen verdient respect. Een tweetal betrekkelijk openbare figuren, dat elk jaar meeloopt met een bloemetje in de hand zijn Mevrouw 1 en haar dochter. Er is ook nog een Mevrouw 2, maar die wordt later nog door mij gekapt en geharst. Wat alleen een insider door heeft is dat Mevrouw 1 met dochter een schijnheilige act opvoert.
Mevrouw 1 is lerares bij het voortgezet onderwijs. Ze betoogt gloedvol in de klas dat je respectvol met slachtoffers van de Tweede Wereldoorlog dient om te gaan. Ze geeft Duits, een detail dat het spanningsveld in deze dagen goed illustreert. Met de weinige overlevenden, die in concentratiekampen zaten of vluchtten voor geweld en vervolging toont ze zich begaan. Buiten de traditionele leslijntjes kleuren in deze dagen kan wel.
Zij kan leerlingen uitstekend uitleggen dat overlevenden vaak een rugzak ellendige ervaringen meesjouwen. Na de Tweede Wereldoorlog werd de maatschappij geconfronteerd met relatief jonge veteranen, die op latere VN-missies waren geweest. Pas toen hebben we wat opgestoken over PTSS: Post Traumatische Stress Stoornis. Voor wie dat treft bestaat nu psychologische begeleiding, iets waarvan vroeger bij de naweeën van de Tweede Wereldoorlog geen sprake was. Je zocht het maar zelf uit! Mevrouw 1 legt graag uit, dat overlevenden “getekend voor het leven” zijn. Maar hoe aandoenlijk begripvol ook, dat doet ze voor de Bühne. In werkelijkheid zit het iets anders in elkaar!
Een bloemetje leggen bij dat monument kan zonder verplichtingen aan wie dan ook. Mevrouw 1 en dochterlief hielden niet van moeilijke toestanden in hun levens. Vette pech, want in hun leefwereld bevond zich op korte afstand een overlevende uit ellendige oorlogstijden. Voor die inmiddels oude man waren dood en verderf vertrouwde makkers. Hij heeft ondanks die hindernis in zijn voorbije leven redelijk goed gefunctioneerd. Op zijn werk, in de maatschappij had niemand last van het rugzakje dat hij mee sjouwde. Wat daarin zat pakte hij thuis uit om er niemand ooit mee te storen.
Omdat hun leefwerelden elkaar overlapten kon Mevrouw 1 niet om die oude baas heen. Hoe dat zat volgt nog. De man had eigenaardigheden, die hun oorsprong vonden in die indringende periode van oorlogsgeweld. Op drukbezochte plekken zal je hem niet aantreffen. Hij was saai en ongezellig… Dus niet aansluiten in de polonaise en niet gezellig bowlen met z’n allen. En zeker geen kaartspelletje in het café. Een teruggetrokken man, opgesloten in zijn eigen luchtbel. Wie geen behoefte voelt aan enige diepgang zou hem kunnen karakteriseren als niet alleen een rare, maar ook een nare man.
Hij was niemand tot last, maar als je hem wilde betrekken in gezelligheid, dan wees hij dat stekelig af. Wie ervoor open stond herkende PTSS. Zo niet, dan vond je hem een knorrige knurft. Dat maakte hem vogelvrij in de ogen van Mevrouw 1 en haar dierbare dochter. U zult zeggen wat hebben die twee met hem te maken… Wel, dat detail hield ik achter de hand: die saaie man was de vader van de dochter van Mevrouw 1.
Soms dacht hij met een lichte huivering terug hoe hij op gevorderde leeftijd vader werd. Vermoedelijk het resultaat van zwaar tafelen en te veel drinken. En zijn bril niet op hebben. Van die dochter zou je van alles kunnen zeggen, maar zij was absoluut niet de vreugde op zijn oude dag. Zij had iets van een onafgemaakt knutselwerkje waarvan je niet weet waar het voor dient.
Mevrouw 1 kon gloedvol benoemen wat oorlogsleed met iemand doet. Maar in de praktijk bleek ze er zelf niet mee om te kunnen gaan. Zo moeder zo dochter. De ergens anders wonende man en vader was zoiets als een strontvliegenplaag. Lastig! De kans om er iets aan te doen kwam door een medisch fenomeen.
De man was flink op leeftijd en onvermijdelijk kwam er een dag, dat hij van deze aardkloot zou vertrekken. Het leek mevrouw een verademing zo zonder die ongezellige pottenkijker. Zouden ze een handje kunnen helpen bij zijn aftakeling? Zij en dochterlief fantaseerden wel eens over het beruchte ongelukje in een klein hoekje. Immers, thuis sneuvelden er zoveel alleenwonende ouwetjes. Regelmatig worden we door dergelijke berichten opgeschrikt.
Nou, de dames kregen hun zin. Door complicaties na een operatie lag de oude baas hulpeloos thuis, verstoken van enige hulp. Het zal rond 4 en 5 mei zijn geweest. Zodra ons nobele tweetal dat in de gaten kreeg haastten ze zich om elk contact te verbreken. En dan maar hopen dat de overlevende van avontuurlijke situaties machteloos thuis de pijp uit zou gaan.
Zij konden de vermoorde onschuld spelen… Want op de dag van de Dodenherdenking zagen vele mensen hoe zij vaderlands- en menslievend bezig waren. Om 19:15 uur precies stonden ze vooraan in de stoet, die zich richting herdenkingsmonument bewoog. Om even na achten belandde hun bloemetje aan de voet van het stenen monument.
In gedachten zouden ze de betreurde oorlogsslachtoffers willen troosten en liefdevol ondersteunen. Er was het geruststellende besef dat ze nu niets meer voor hen konden doen. Het was immers allemaal zo lang geleden en vaak vielen slachtoffers ergens heel ver weg. Waar in godsnaam vind je er nu nog een?
Het is een ontwijding van die plechtige samenkomst, maar ze vonden dat hun bloemetje het ook dit keer voor een heel jaar weer goed maakte.
(Mevrouw 2 staat al in de wacht)