Moedereend
Jullie mensen toch, met jullie vieze oude brood
Zeggen: kijk die eendjes toch eens lekker dobberen in die sloot
Zonder zorgen en verdriet
Maar zo eenvoudig is het niet
Als eendagskuiken dacht ik al: ik zal wel niet lang leven
Van de tien kuikens uit het nest, waren er toen nog zeven
Een en twee gegrepen door een snoek
En nummer drie was al dagen zoek
Het nest lag naast een snelweg naast een modderige sloot
De dag dat we gingen wandelen reed een auto moeder dood
Dezelfde dag nog meer verdriet
Een ooievaar pakte nummer vier in het riet
Daarna ging het reuze snel, vijf werd slachtoffer van een hond
Zes werd door een vislijn zwaar gewond
Zeven en acht vielen ten prooi aan een rat
En toen was ik het echt wel zat
Alle somberheid ten spijt
Groeide ik toch op tot een aardige meid
Ben je zes weken oud, zegt je pa je tabé
en gaat hij gewoon met een andere eend mee
Op die leeftijd val je niet zo gauw meer ten prooi
Maar toch is het leven helemaal niet mooi
Twee aardige kinderen lokten ons met brood
En gooiden met een steen nummer negen dood
Na een jaar eenzaam modderen in de sloot
ontmoette ik mijn echtgenoot
Het was geen liefde op het eerste gezicht
Meer een soort drift of eendenplicht
Na de eerste passie werd het tijd voor een nest
En ik zeg jullie, Donald deed echt zijn best
We hadden een plekje bij een stil meer in een bos
Genoeg te eten tijdens het broeden dus dat liep wel los
Met elk ei dat uitkomt een donzig nieuw leven
Steeds dacht ik: het duurt vast maar even
Ik hechtte me toch aan de kleintjes die kwamen
En we zwommen heel gelukkig samen
Maar zoals het gaat in een eendenleven,
bleven er maar enkele eendjes leven
Ze groeiden op en gingen hun weg
Op zoek naar geluk of misschien wel hun pech
En net als je denkt nu eindelijk rust
Komen er kapers op de kust
Twee vrijgezelle eenden randden me aan
En nu moet ik als single moeder verder gaan
Donald wil niets weten van het nieuwe nest
En daardoor heb ik vreselijk de pest
aan de tien kuikens die ik kreeg
Mijn nest is vol, mijn hart is leeg
Ik probeer ze te voeren aan snoeken, meeuwen en vossen
Maar nooit kan ik er eentje lossen
Ze pikken als kippen en vechten als gekken
Die vaderloze kuikens zijn niet te bekken
Na de eerste teleurstelling voel ik nu trots
Mijn kuikens zijn vechters, ze zijn als een rots
En ik doe met ze mee, wij zijn de bende van elf
Wij snauwen en grauwen en beschermen ons zelf
En zo beste mensen overleef je het leven
Eend of mens, het is om het even
Vecht voor je recht, ga niet zitten beven
En geniet van de rest, het duurt toch maar even
Een mooi vertellend geschreven eendenverhaal! Inderdaad valt het leven van een eend niet altijd mee en ligt er gevaar op de loer!
Een prachtig werk Karinnetje! Hartelijk liefs, Corry.*
Dank jullie wel!
Mooi geschreven en zo is inderdaad het leven!
Originele invalshoek, en het ritme zit ook echt goed!