Ode aan de natuur
Heer dank U
voor het zingen
van de vogels
het sprankelend
water
uit een stadsfontein
het zonlicht gaf
haar duizend
kleuren als was zij
’n kleine regenboog.
Van het eindeloos
kabbelende water
in een boerensloot,
vol stekelbaarsjes
wat eendenkroos.
Heer ik dank U
voor de wonderschone
klanken
van muziek en lied
die mij zo vaak
ontroeren als ik mij
gelukkig of juist
verdrietig voel.
Heer dank U
voor mensen die,
zonder moe te worden
steeds weer
luisteren naar
wat ik te vertellen heb
en woorden zeggen,
woorden die ikzelf
niet zeggen kan.