Heer zij wist
dat u haar
bidden hoort,
als zij bidt.
Zij geloofd Heer
dat U Heer
haar ziet
waar zij ook
gaat, staat,
zit of ligt.
Biddend, stil
gesloten ogen
handen gevouwen
’t zijn alleen
haar lippen
die bewegen.
Heer
U kent
haar vreugde,
haar lach
maar ook
haar verdriet.
Dan voelt
zij Heer
dat u heel
heel dichtbij
haar bent.
Dan vloeien
er tranen
van vreugde
uit oprechte
dankbaarheid.