Onze kunstenaar woont alleen thuis met allerlei
Bloemen, zoals de Orchidee die wit is van kleur
En zijn mooie geelrode lip en parelwitte kroon-
Bladeren en kelkbladeren, waar onze kunstenaar
Vaak naar kijkt terwijl hij soms schildert, soms
Schrijft, en naar Mozart luistert, en
Dus leeft en in een roes raakt die alleen voorbestemd
Is voor echte kunstenaars: hij geniet kort gezegd
En heeft nergens spijt van, omdat hij niets verkeerds
Doet, ja elke dag die hij leeft lijkt voor een ander
Zelfde terwijl voor hem het steeds anders is; hier een
Vers die hij heeft geschreven voor een jong meisje:
´Jij witte parel, mijn beschermengel, Mijn kind,
Hoe zuiver zijn jouw gedachten, dat straalt
Als licht in het donker, en hoe warm jouw lach;
Hoe eerbiedig ben jij ook ten opzichte van anderen!´
Hoe vaak hij heeft gehuild voor de dood van een
Hond die hij vaak zag, en hetzelfde bij een kat,
Hij was net als ieder ander mens een gewone
Burger, zonder zich te onderscheiden van het volk,
Waar hij zijn werken aan toeschreef, ja onze
Kunstenaar is niet zomaar een kunstenaar,
Hij is een, noem het een volksdichter, noem het
Een stadsdichter, zonder arrogantie, puur uit liefde.