Onder een wilgenboom, op een bankje zitten wij
Te kijken naar de mooie bloemen en als het
´s nachts wordt zien wij de halve maan en een
Ster, en denk ik aan vrede, ja gezegende hemel
Waar wij allemaal ons bevinden; een
man zien wij, starend naar een ster, hij is blijkbaar
Heel eenzaam, en vertoefd onder erbarmelijke
Omstandigheden, ja ik ben met mijn vader op pad.