Met de ochtendmist in je gezicht, die ragfijne druppeltjes op je gezicht en pony,
fiets je door de nevelige ochtend heen. Ja, je moet er op tijd zijn, maar bent zo
niet in de stemming vandaag, de flarden van mist trekken langzaam weg, en een
waterig zonnetje doet van zich spreken. Het klaart op, het weer en je humeur wordt
wat beter, het bleke grijsblauw, vage grijze wolken slierten, het typisch hollandse
landschap, je landje, een geluksvogel ben je als je hier vandaan komt.
De vogels in de lucht, zo magisch verschuivend in een groep, van de ene naar de
andere kant, een enkeling los van de groep. Je bent al dichter bij je afspraak, maar
goed, wat moet dat moet, dan heb je het maar weer gehad. Je haar in losse slierten,
het mag de pret niet drukken, en na een half uur sta je weer buiten, het stelde eigenlijk
niet zoveel voor,zat je hier nu zo tegenaan te hikken? De wolken zijn weggetrokken, en je
ziet het zonnetje en bedenkt jezelf dat je een te warme jas aan hebt getrokken voor deze
warme dag.
Maar ja, het hollandse weer, zo onvoorspelbaar, zo is het altijd geweest en zo zal het altijd
zijn, je weet niet beter dan dit. Dit is je leven, en je kan geen wonderen verwachten, maar
je beseft wel dag je niet te klagen hebt, hier. Zo’n land, je gunt het iedereen, blij dat het
hier goed is. De vrede moet je zelf vinden, vrede in je hart, vrede met wat er is, dan kom
je niet in “zwaar weer” te zitten, zo bestendig moet je zijn. Weerbestendig, je baant jezelf
een weg met je fiets tussen het verkeer, snel en behendig.