Jouw naam kende ik nooit, trouwe wachter aan mijn raam, die weer groen draagt alsof de zomer al voortijdig haar intrede heeft gedaan…..(De namen van de botanische soorten zijn mij altijd al onbekend geweest….) Je draagt blad, je draagt vrucht en je bent trouw zoals de wrede, trouweloze mensensoort nooit is geweest. Je takken breiden zich machtig, krachtig en welwillend uit alsof je kruin me wil beschermen als Degene die ik voor altijd moet missen, die in het verre land ons bondgenootschap is vergeten……
Melden
Een fijne sfeer, Cathy. Poëtisch. Laatste zin zet de lezer aan tot denken. Ik interpreteer het als het bondgenootschap tussen God en het Joodse volk. De esdoorn herinnert me aan de kastanjeboom van Anne Frank. Zij kan heel goed de ik-figuur zijn.