Als ik nu een klaproos was,
Zou je mij dan plukken,
Voorover buigen,
En met zachte vingers mijn vluchtige bestaan omarmen?
Of zou je mij beschermen,
Laten dansen in de wind,
Mij vrij laten groeien,
Tot mijn zaad de bodem raakt,
en ik één word met de aarde?