Gelachen dat we hadden. Allemaal onderonsjes. Buitenop humor bedreven via woorden. met lullige liedjes tussendoor. Directeur van een Bank. Nee, opgegeten worden. Er zijn zoveel mensen, waarom zouden ze elkaar niet eten. Ik persoonlijk ben niet zo een gelijkvormigen vreter, maar er zijn vast wel klubs die een stukje mens zo eens in week niet uit de weg gaan. Mogelijk zijn er ook mensen tegen het eten van mensenvlees, die zijn te burgerlijk. Lijken te veel op hun pasfoto, was wel eens geconstateerd. Maar ja, dan de methode, methode met de pin, hersendood,-dood. Pilletje prefereren, afscheid nemen, mag een mens nog een feestje met stoelendans. Mmmm, mensenvlees. Bij ons haalt u het nergens. Wat hadden we nog meer. Een aardige naam voor een supermarkt. Een lange niet zo saaie niet steeds tot dezelfde hoogmoed op sport en spel-terrein, als in Nederland Cantropiambomarkt. Albert leidt tot onrust en agressie, en dezelde sporten, maar gedegen door professionals bedachte….”wat”, “ja, zet maar neer hoor, scheet.” Of op stal, “PATS!”. En dan hebben die mensen die geen mensenvlees eten meer ruimte. In het schap dan, da’s nou even jammer.
En voor wie; “Tjing!”